- Pel de sjalot en snij in grove stukken, schil de gember en snij in stukjes. Was de rode pepers , halveer ze en verwijder de zaadjes en de zaadlijsten. Pel 2 flinke tenen knoflook en snij ze in stukjes.
- Maal een boemboe van de knoflook, sjalot, gember en rode peper en zet even aan de kant.
- Verwarm wat olie in een hapjespan . Bestrooi de kippendijen met peper, zout, koriander en komijnpoeder en bak ze in de olie om en om in enkele minuten goudbruin.
- Voeg de boemboe toe en bak even mee.
- Los het halve bouillonblokje in 125 ml warm water op en voeg dit samen met de kokosmelk toe aan de pan.
- Kneus de serehstengel en voeg toe.
- Leg het deksel op de pan en laat zachtjes 30 minuten sudderen.
- Vis de serehstengel uit de rendang. Los de maizena in wat water of kokosmelk op en maak een papje.
- Bind de saus tot de gewenste dikte.
- Breng fris op smaak met een kneepje limoensap.
- Bestrooi de rendang eventueel met wat ringetjes bosui.
- Serveer met witte rijst en een groente naar keuze.