- Doe de olie in bakblik en wentel de worstjes erdoorheen. Bak de worstjes 10 tot 15 minuten in een voorverwarmde oven op 200 graden.
- Maak intussen het beslag van de melk, de eieren en de bloem. Voeg de tijm en peper en zout toe.
- Giet het beslag over de worstjes en bak het geheel in ongeveer 40 minuten op 200 graden gaar.
- Bereid ondertussen de jus. Smelt de boter en voeg de uien in ringen toe. Laat dit 8 tot 10 minuten op een middelhoog vuurtje stoven. Voeg peper en zout toe. Strooi er de bloem bij
en roer dit enkele minuten goed door. Voeg daarna beetje bij beetje de bouillon toe. Voeg daarna de bessenjam, Worcestersaus en de rode bessenjam toe. Laat de saus nog ongeveer 5 minuutjes zachtjes doorkoken.